Net even wat vaker op de fiets naar het werk, de sportschool, vrienden, of de bakker. Heel veel mensen zouden het graag doen. Maar vaak wint de macht der gewoonte. Om mensen daarbij een zetje in de rug te geven startte de overheid een nieuwe campagne. Want een kort ritje? Da’s zo gefietst. Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) gaf in Maastricht het startschot voor deze fietscampagne.

Staatssecretaris Heijnen: “Gezonder leven en meer bewegen staat bij het begin van elk nieuw jaar bij veel mensen bovenaan de lijst met goede voornemens. Met deze campagne helpen we een handje mee. En het is vaak heerlijk om voor kleine stukjes de fiets te pakken. Even wat beweging, een frisse neus en een leeg hoofd. Waar meer wordt gefietst, klaart de lucht vaak letterlijk en figuurlijk op”.

Kort ritje? Da’s zo gefietst!

Nederland is al een echt fietsland. Een kwart van alle verplaatsingen in ons land gaat met de fiets, dat is nergens in de wereld zo hoog. Ons land heeft bovendien meer fietsen dan inwoners. Toch is er ook nog veel te winnen. De helft van alle autoritten is korter dan 7,5 kilometer, en een derde korter dan 5 kilometer. Uit gedragsonderzoek van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat blijkt dat bijna 7 op de 10 intensieve autogebruikers vaker voor korte ritten de fiets zou willen pakken. Gerichte communicatie waarbij drijfveren van mensen, zoals gezondheid, milieu en geld naar voren komen, kan daarbij helpen. Dat is ook precies het doel van de campagne; bewustzijn vergroten en mensen op een positieve manier stimuleren voor korte ritjes vaker de fiets te nemen. Dat is lekker voor je lijf, voor je portemonnee en voor de natuur.

De campagne duurt drie jaar. Uitingen van de campagne zijn te zien op alle landelijke TV-zenders, op de radio, online en buiten. Denk daarbij aan de achterkant van bussen, reclamezuilen en op bushokjes, zowel digitaal als met een grote poster. De Rijksoverheid monitort elk jaar op meerdere momenten of het beoogde effect met de campagne wordt bereikt.

Vaker op de fiets

Het kabinet wil graag dat meer mensen die dat kunnen de fiets nemen, bijvoorbeeld naar het werk. Een van de concrete doelen is dat er in 2027 20% meer gefietst wordt dan in 2017, een ander doel is dat er begin 2025 100.000 meer mensen naar het werk fietsen dan begin 2022. Om dat mogelijk te maken investeert het kabinet samen met provincies in gemeenten in betere fietsvoorzieningen. In oktober vorig jaar maakte staatssecretaris Heijnen daarom bekend bijna € 800 miljoen in de fiets te investeren. Denk aan betere stallingen bij stations, meer doorfietsroutes en nieuwe fietsverbindingen om woonwijken beter bereikbaar te maken. Daarnaast werkt het kabinet met provincies en gemeenten aan meer veiligheid voor fietsers in het verkeer. Er komt een meerjarenplan fietsveiligheid en Rijk, provincies en gemeenten doen in heel het land investeringen om drukke plekken of plaatsen waar veel ongevallen plaatsvinden veiliger te maken. Ook zijn er inmiddels in ruim 200 gemeenten programma’s om ouderen die tot op hoge leeftijd willen en kunnen fietsen te helpen dat zo veilig mogelijk te doen.